“Club Brugge is dé favoriet, benieuwd of Anderlecht top zes haalt”: onze huisanalisten Hein Vanhaezebrouck en Franky Van der Elst trappen de Belgische competitie op gangDé transfer van de zomer is nu al voor het Nieuwsblad. Hein Vanhaezebrouck (60) keert terug als onze huisanalist. Zijn welkomstcadeau: een dubbelinterview met collega Franky Van der Elst (63). “Club Brugge is voor mij opnieuw de uitgesproken favoriet, met daaronder zes uitdagers.”
Yanko Beeckman
“Als ik nog iets doe, wil ik het goed doen”, zal Hein Vanhaezebrouck op het eind van dit interview zeggen over zijn toekomst in het voetbal. Dat blijkt, want de ex-coach van AA Gent heeft zich ook minutieus voorbereid op zijn wederoptreden als onze huisanalist. Een volgeklad A4’tje, dat mee het verloop van de Jupiler Pro League zal bepalen, incluis. “Maar ik zie dat de Fox zelfs een heel boek heeft volgeschreven.” (grijnst)
Franky, staat er al iets in jouw rode boekje over de Supercup?
Franky: “Dat Union verdiend won, zeker op basis van de eerste helft. En dat Nicky Hayen na de match streng was voor zijn spelers.”
Hein: “Ik vond dat nog meevallen, ik ben al harder geweest. (lacht) Ik vind het wel goed dat hij zijn jongens even op scherp zet, maar ik heb wel twee ploegen gezien die klaar zijn voor het begin van de competitie. Voor Hayen wordt het ook een belangrijk seizoen. Hij was niet de eerste keuze om Deila op te volgen, maar als je vanuit een verloren positie nog kampioen speelt, vind ik het wel logisch dat je met hem doorgaat. Alleen: voor Deila hebben ze veel moeite gedaan, aan zo’n trainer houd je sowieso langer vast, ook als het minder gaat. Gaan ze dat met Hayen ook doen?”
Franky: “Ik hoop dat hij nu ook echt zijn kans krijg en dat ze niet bij de eerste mindere periode gaan zeggen: we moeten toch eens kijken of we niks moeten veranderen. Aan het seizoen beginnen zal voor Hayen sowieso anders zijn dan wat hij vorig jaar moest doen. Maar het ziet er wel goed uit. Ongeveer alle posities zijn dubbel bezet. Hayen zal knopen moeten doorhakken.”
Hein: “Voor mij is Club Brugge titelfavoriet nummer één. En daaronder heb je zes uitdagers die zullen meestrijden voor Play-off 1. Na onze titel met Gent dacht ik echt dat Club de hegemonie in België volledig zou overnemen. In Zwitserland had je Basel dat acht jaar na elkaar kampioen werd, in Frankrijk heeft Lyon zo’n periode gehad…”
Franky: (grijnst) “Je bedoelt dat ze het Bayern van België hadden moeten worden?”
Hein: “Bayern was een te makkelijke keuze. (lacht) Maar wat ik wil zeggen: Club Brugge is daar niet in geslaagd. Ze zijn nog wel geregeld kampioen geworden, maar ze hebben niet die voorsprong kunnen pakken die ik verwacht had. Ze hebben veel geld, het meeste van alle ploegen, maar als je ook echt het Bayern van België wil worden moet je dat geld ook juist besteden en meer goeie beslissingen nemen. Ze hebben eens een spits van zeven miljoen gekocht. Dat marcheerde niet. Ze hebben er ook eens één van zeventien miljoen gekocht. Oei, dat marcheerde ook niet.”
Franky: “Met Nilsson hebben ze nu wel een goeie. Het is een ander type maar volgens mij is hij voetbaltechnisch beter dan Thiago. Ik vind dat eerlijk gezegd een superkeuze.”
Hein: “Het is een makkelijke keuze, in die zin dat ze hem al hebben zien spelen in de Belgische competitie. Ik wilde hem vorig seizoen ook naar Gent halen, hè. Er was een getekend akkoord tussen de clubs, maar uiteindelijk heeft het zo lang aangesleept dat we tegen eind januari geen titelkandidaat meer waren en hij niet meer wilde komen.”
Toch straf dat Union zijn spits midden in de titelstrijd wilde laten gaan.
Hein: “Bij Union denken de bazen mee. Ze hadden veel geld betaald voor Rodriguez en ze vonden dat Nilsson hem blokkeerde, dus mocht die weg. Ik ga er van uit dat Rodriguez dit seizoen vaker zijn kans zal krijgen, op de Copa America deed hij geregeld mee bij Ecuador, zag ik. Het zou dus zomaar kunnen dat hij de volgende is die volledig ontbolstert bij Union. Zij slaan veel minder vaak de bal mis dan bijvoorbeeld Club Brugge.”
Franky: “Hoe komt dat, Hein? Wat kunnen zij meer dan een ander?”
Hein: “O’Loughlin is echt een topper. Maar ook de mensen rondom hem leveren goed werk. Jongens als Amoura en Vanhoutte stonden ook op onze lijst, maar ze ontdekken soms ook jongens die niemand anders had opgemerkt, zoals Undav. Ze screenen die gasten ongelofelijk goed. Vanhoutte zei het ook: ze hadden een boek met wel veertig pagina’s aan informatie over mij. Geloof mij, dat doen andere clubs niet. Alleen wijlen Jean-Marc Degryse deed dat vroeger al bij KV Kortrijk, nu blijkt dat hij zijn tijd ver vooruit was. Bij Gent kwamen ze nog niet aan één pagina. Ik leerde soms meer over de persoonlijkheid van mijn spelers dankzij Stefan Smet die voor het Nieuwsblad alle nieuwkomers interviewde.” (lacht)
Franky: “Wat ook typisch Union is: het heeft lang geduurd voor ze een nieuwe coach hadden. De keuze voor Pocognoli heeft mij verrast. Al vind ik het wel interessant, zo’n jonge gast.”
Hein: “Hij heeft wel punten gescoord met die match op Club. Als ik zie hoe hij daar hoog druk ging zetten en vaak van achteruit durfde voetballen. Dat deed zelfs Blessin niet altijd. Chapeau. Ik sta er volledig achter. En… (neemt zijn voorbereiding erbij) als ik naar hun programma kijk, geef ik ze veel kans om na vijf speeldagen weer bovenin te staan. Veel mensen onderschatten hoe belangrijk die vijf eerste speeldagen zijn. Niet alleen voor de ploegen bovenin maar ook onderaan kunnen die veel bepalen.”
Is Anderlecht klaar om aan de competitie te beginnen?
Franky: “Schmeichel weg, Debast weg, Delaney weg, Hazard geblesseerd. Je kan niet zeggen dat Anderlecht sterker is dan op het einde van vorig seizoen. Van alle topploegen zijn ze zelfs het meeste basisspelers kwijt. En we kunnen niet zeggen dat er al veel in de plaats is gekomen. Ik sprak deze week nog met een makelaar en die zei me dat Anderlecht, maar ook Antwerp en Gent, het financieel toch minder breed hebben en daardoor ook later in gang schieten.”
Hein: “Daarom begrijp ik niet waarom Riemer nu al onder druk zou staan.”
Omdat de Anderlecht-fan beter voetbal wil zien dan vorig seizoen.
Hein: “Daar moeten we mee stoppen. Zogenaamd Anderlecht-voetbal bestaat niet meer. Ik zeg niet dat het nooit meer zal terugkomen, maar vroeger kwamen de allerbeste spelers naar Anderlecht en bij uitbreiding naar België. Die tijden zijn nu voorbij. Het is wel zo dat voor Riemer zijn defensieve organisatie de basis is. En ik moet zeggen: die staat goed.”
Franky: “Ze zijn vorig seizoen opgeschoven van de elfde naar de derde plaats. Dat was voor hen het belangrijkste. Het voetbal was ondergeschikt. Ik had ook het gevoel dat het publiek zich daarmee verzoend had. De supporters waren wel terug, hè.”
Hein: “Absoluut. Het stadion zat vaak vol en de sfeer was top. Maar er was toch niemand die vorig seizoen verwachtte dat ze kampioen zouden spelen? Toen Hazard naar zijn beste vorm toegroeide, had ik even het gevoel dat ze zouden meedoen – dat is echt een key player voor hen. Maar dat Anderlecht meedeed, kwam ook doordat ze geen Europees speelden. Elk jaar is er wel een ploeg die geen Europees speelt en die daardoor lang meedraait. En elk jaar zie je dat ploegen die lang Europees spelen daarvoor een prijs betalen. Ik ben nu heel benieuwd of Anderlecht in zo’n Europees seizoen ook nog in de top zes geraakt. De supporters zijn terug, maar je kan ze heel snel opnieuw verliezen ook.”
Franky: “Wat ze eerst en vooral nodig hebben is creativiteit en scorend vermogen. De enigen die een goal kunnen maken zijn Dolberg en Dreyer. Dat is te weinig. En ik zie nu dat Ashimeru opnieuw kansen krijgt, maar begin vorig seizoen werd die nog bekritiseerd omdat hij niet creatief genoeg was. Achterin vind ik het wel een goeie zaak dat Vertonghen nog een seizoen doorgaat. Alles oogt toch stabieler als hij meespeelt, dat gevoel had ik ook bij de Duivels nog.”
Hein: “Het belangrijkste dat ik van Vertonghen heb gelezen is dat hij op training nog elk wedstrijdje wil winnen. Als je dat nog hebt op je 37ste, dan zit het goed en kan je nog wel even door. Ik had dat vroeger ook.”
We hebben het nog niet over AA Gent gehad, Hein.
Hein: “Gent staat op dit moment sterker dan vorig jaar, hè. Voorlopig zijn er nog niet heel veel jongens vertrokken. En er zijn er toch een paar goeie bijgekomen, zoals Delorge. Alleen missen ze, zeker nu Tissoudali weg is, ervaring in het offensieve compartiment. Daar lopen een paar jonge jongens rond, zoals Fernandez-Pardo en Gudjohnsen, maar gaat dat genoeg zijn? De visie is nu dat er op elke speler potentieel meerwaarde moet kunnen worden gecreëerd. Toen we vorig seizoen samen zaten…”
Franky: (pikt in) “Hoe? Zaten jullie vroeger ook al samen? Ik las dat ‘samen’ het nieuwe sleutelwoord was vanaf dit seizoen.” (lacht)
Hein: “Ik kan je zeggen: er zijn in Gent nooit kortere lijnen geweest dan tussen Ivan De Witte, Michel Louwagie en mezelf. Maar Vrancken komt van Genk. Ik heb daar ook gewerkt en ik weet dat je in Genk heel veel bureaus moet passeren vooraleer er een beslissing kan worden genomen. In Gent zal er inderdaad meer overleg zijn, dus ik snap wat Vrancken bedoelt als hij het heeft over kortere lijnen.”
Franky: “Was jij de afgelopen maanden nog bij dat overleg betrokken?”
Hein: “Na 31 januari is er geen communicatie meer geweest. Ze hebben Sam Baro pas in november aan mij voorgesteld. Hij wilde mij graag houden als trainer. En toen al had hij het over zijn visie en over het feit dat op elke speler potentieel een meerwaarde moet kunnen worden gecreëerd. Ik heb hem toen proberen uit te leggen dat je een ploeg als geheel moet zien en dat ook ervaren spelers zonder potentiële meerwaarde die jonge gasten beter kunnen maken. Maar als ik heel eerlijk ben: na dat eerste gesprek was ik niet overtuigd of ik trainer van AA Gent wilde blijven. Wat de doorslag heeft gegeven is wat er in januari is gebeurd (Gent liet met Fofana, Orban en Cuypers drie sterkhouders vertrekken, red.). Onaangekondigd, hè. Buiten de transfer van Orban, die volgens mij al voor het seizoen had mogen gebeuren om financiële ademruimte te creëren. En dat Sam daarna in een interview nog heeft gezegd dat ik alles wist. Dat is niet waar. Wat is daar gebeurd? Sam zat niet bij onze meetings van het ‘petit comité’, dus moet iemand hem bewust verkeerde info hebben doorgespeeld, wellicht uit eigenbelang.”
Franky: “Is het voor Gent een goeie zaak dat Louwagie er nog zit?”
Hein: “Hij zit nu in een ander kantoor en is nu extern adviseur, maar hij speelt nog altijd zowat dezelfde rol. Tja. Ik vind Vrancken trouwens wel een goeie keuze als coach.”
Franky: “Ik ook. Hij bracht bij Mechelen al aanvallend voetbal en heeft die lijn doorgetrokken bij Genk. Al waren de resultaten vorig seizoen wel minder. Ik ben wel benieuwd hoe Baro, die nu veel lof krijgt van Vrancken, gaat reageren als het toch eens minder gaat.”
Hein: (tikt op zijn blad) “Kijk naar het seizoensbegin van Gent: het mág niet minder gaan, Franky.”
Denken jullie dat Fink, de opvolger van Vrancken, even goed voetbal zal brengen met Genk als Sint-Truiden?
Hein: “Ik denk dat niet, ik ben daar zeker van. Die gast heeft een visie, blijft daar achter staan en kan ze overbrengen op zijn spelers. Oké, in Genk zal hij zijn voetbal nog meer aan resultaten moeten koppelen.”
Franky: “Volgens de prognose in het Nieuwsblad worden ze tweede. Dat vind ik wel heel ambitieus. Je weet niet wie er nog allemaal vertrekt, denk maar aan El Khannouss.”
Hein: “Voor Fink is het jammer dat Delorge voor Gent heeft gekozen. Dat was echt zijn metronoom bij Sint-Truiden. Maar met Smets hebben ze er vanachter een heel goeie bij, die wilde ik ook graag naar Gent halen. Fink lijkt mij ook de ideale man om aan de slag te gaan met een jongen als Karetsas. Wat trouwens een voordeel kan worden is dat ze geen Europees voetbal spelen. Ik verwacht Genk toch hoog.”
Antwerp speelt ook geen Europees en toch zie ik er niet meteen een titelkandidaat in.
Hein: “Ze zitten toch bij mijn zes outsiders. Met Odoi en die Chery hebben ze wel wat ervaring toegevoegd, dat konden ze gebruiken. Achteraan zit het volgens mij wel goed. Met Alderweireld, Van den Bosch en Odoi staat daar toch iets.”
Franky: “Het is te hopen dat het verwachtingspatroon van het bestuur en de supporters realistisch genoeg is. Maar dat gevoel heb ik wel. De Roeck vind ik trouwens een goeie keuze. Vorig jaar bij Westerlo is het tegenvallen, maar hij heeft in het verleden al getoond dat hij zijn ploegen goed kan laten voetballen. Zulke mannen moeten altijd kansen blijven krijgen.”
Hein: “Ik heb De Roeck nog meegemaakt als beloftecoach bij Anderlecht en ik had daar toen ook al een goed gevoel bij. Naast De Roeck heb je ook nog Pocognoli, Simons, Hayen, noem maar op. Ik ben wel blij met die evolutie. Ik zal altijd achter Belgische coaches staan die een kans verdienen. Al kwam ik ook goed overeen met buitenlandse trainers als Fink en Muslic. Alleen met Riemer klikte het iets minder.” (lacht)
Franky: “Het voetbal dat Muslic met Cercle speelt, is dat ook jouw voetbal, Hein?”
Hein: “Die hoge druk wel, dat is helemaal mijn ding. Maar ik bouw wel liever op van achteruit dan altijd de lange bal te spelen. Een mix van Fink en Muslic, da’s de ideale wereld. Maar ik denk wel dat het in het geval van Muslic verstandig is om niet te veel van achteruit te voetballen omdat dat ook risico’s inhoudt. Wat hij bij Cercle heeft gedaan vind ik heel straf. Ik vind zijn verdienste nog groter dan die van de trainers bij Union bijvoorbeeld. Muslic heeft zelf zijn visie geïmplementeerd, daar resultaten mee gehaald en nu zie je dat ze ook spelers gaan halen die bij zijn visie passen. Ik zie ze opnieuw meedoen voor Play-off 1, al is ook bij hen de vraag hoe ze de combinatie met Europees voetbal zullen verteren.”
Zien jullie ploegen die het nieuwe Cercle Brugge kunnen worden?Hein: “Wel, na mijn zes outsiders heb ik een middenpeloton. En
daarin zie ik OH Leuven wel verrassen. Die Ikwuemesi die ze hebben gehaald stond ook op onze lijst. Een echt ongeleid projectiel, maar die heeft wel iets. Met Verstraete hebben ze er een stevige middenvelder bij. En dat Maertens fit is vanaf het seizoensbegin is ook een goeie zaak. Ik vind het jammer dat die nog geen kans heeft gekregen bij een topclub, die zou ik graag in mijn ploeg gehad hebben. Qua stijl doet hij mij wat denken aan de jonge Hans Vanaken.”
Franky: “Ik geloof wel in Charleroi. Alleen missen ze daar iemand die een goal kan maken. Maar Rik De Mil heeft wel iets aan die ploeg toegevoegd. Toen hij heeft overgenomen kreeg dat team meteen meer schwung.”
Hein: “Ik heb De Mil aangevallen na de salonremise van vorig seizoen. Terecht, vind ik nog altijd, maar ik ben blij voor hem dat hij zo snel een nieuwe kans heeft gekregen. Charleroi heeft me zelfs gebeld om mijn mening te vragen over De Mil en ik ben echt wel heel positief geweest in mijn advies over Rik. Maar, Franky, (tikt op zijn blad): moeilijke start.”
Maken de buren van Standard nog aanspraak op het middenpeloton?
Hein: “Nee, die zitten in mijn onderste peloton, samen met Sint-Truiden, Kortrijk en de twee nieuwkomers. Al is het in het geval van Standard wel met twee woorden spreken. Als er straks een rijke investeerder komt, kan er plots veel meer en zien we misschien een totaal andere ploeg.”
Franky: “Ze hebben 60 miljoen euro schulden, Hein. Da’s veel, hè.”
Hein: “Voor een sjeik is dat niks. Die haalt dat bij het ontbijt gewoon uit de schuif.”
Franky: “Sint-Truiden is ook veel kwijt. Al ben ik wel blij dat hun jonge Belgen allemaal in de Belgische competitie zijn gebleven.”
Hein: “En KV Kortrijk… Daar heb ik vorig seizoen iedere week voor zitten supporteren. Dat blijft toch mijn ploeg. Ik ben echt blij dat ze erin gebleven zijn, dat publiek die laatste wedstrijd... Fenomenaal. Ze hebben ook een goeie coach, maar ik vrees dat ze nog altijd niet sterk genoeg staan.”
Ooit iets bij Kortrijk doen, zou dat niks voor jou zijn?
Hein: “Ik haal ’s morgens geen 60 miljoen uit de schuif. (lacht) En ik heb altijd gezegd: het voetbal is heel mooi om in te werken, maar niet om in te investeren.”
Franky: “En als trainer of sportief directeur?”
Hein: “Dat weet ik niet. Ik zal nog wel iets doen in het voetbal, of het nu is als trainer of technisch directeur, maar als ik iets doe wil ik het vooral goed doen. En ik ga zeker niet tot aan mijn 75ste werken, want dan komt het thuis niet goed, weet ik nu al (lacht). Alles kan nog. Maar nu focus ik eerst op mijn job voor de krant.”
http://www.nieuwsblad.be/cnt/dmf20240726_94719267